Een verborgen atelier — Teylers Museum

Een verborgen atelier

Blog door junior conservator Kunstverzamelingen Myrthe Krom

In dit blog neem ik u graag mee achter de schermen naar een vrijwel onbekende plek binnen het museum. Aan de andere kant van de binnentuin staat het pand aan de Bakenessergracht 84, dat in 1827 is aangekocht door Teylers Stichting. Het huis werd in de eerste decennia voornamelijk verhuurd en voor lange tijd diende het ook als turfopslag, totdat zo’n 50 jaar na aankoop het pand een nieuwe functie kreeg voor de kastelein (beheerder van de collectie) van Teylers Museum. 

In die tijd woonde en werkte de kastelein van het museum in Pieter Teylers Huis aan de Damstraat. Voor deze functie werd altijd een kunstenaar gevraagd, omdat hij ook tekeningen en schilderijen moest kunnen restaureren. Om die reden waren er twee ateliers ingericht in Pieter Teylers Huis: een voor restauratiewerkzaamheden en een privéatelier. Het laatste was beduidend kleiner en was met een raampartij op het zuiden niet prettig gelegen. Het koude noorderlicht had bij de meeste schilders de voorkeur.

Kastelein Hendrik Jacobus Scholten mocht dus van geluk spreken toen de directeuren van Teylers Stichting instemden een nieuw privéatelier in te richten. In 1871 werd een schildersatelier gebouwd in het pand Bakenessergracht 84. Op de eerste verdieping, want de benedenverdieping stonk nog te veel naar de turfopslag die er eerder gevestigd was. In de noordgevel van de ruimte werd een groot venster geplaatst, voorzien van verstelbare gordijnen voor een ideale en gelijkmatige belichting. De ruimte werd voorzien van een houten lambrisering en deurpost en een stenen schouw, in neorenaissancestijl. Deze gebruikte Scholten als architectonische aankleding in historieschilderijen, zoals is te zien in het schilderij Roemer Visscher en zijn dochters.

Hendrik Jacobus Scholten, Roemer Visscher en zijn dochters, 1883, olieverf op paneel, 65 x 85 cm, collectie Muiderslot, Muiden.

Het atelier werd na Scholtens pensionering eveneens gebruikt door zijn opvolgers John Hulk en Hendrik van Borssum Buisman, beiden ook schilder. De daaropvolgende beheerder van de collectie, zijn zoon Jan van Borssum Buisman, werkte als beeldhouwer. De ruimte op de eerste verdieping met slechts een smalle trap als toegang was voor hem minder geschikt als atelier. Jan van Borssum Buisman gebruikte het atelier voornamelijk als werkruimte, met een antiek bureau en uitpuilende boekenplanken. Hij woonde aan de Bakenessergracht 84 tot aan zijn overlijden in 2012.

Het atelier is zodoende een mengvorm van het laat negentiende-eeuwse interieur van Scholten en een midden twintigste-eeuwse inventaris, voornamelijk afkomstig van Hendrik en Jan van Borssum Buisman. Een verborgen ruimte die onderdeel is van de rijke geschiedenis van Teylers Museum.

Myrthe Krom is sinds 2020 junior conservator Kunstverzamelingen. Dit blog werd geschreven op 18 januari 2021.